Samen spelen, samen delen! We horen het en zeggen het zelf regelmatig.
Maar waarom is samen spelen eigenlijk zo goed voor kinderen? Iedere peuter kan het zinnetje herhalen, maar hebben ze dan ook een idee wat ermee bedoeld wordt?
Ieder kind gaat leren wie hij/zij zelf is. Door samenspel met anderen, komt het kind zichzelf op vele manieren tegen. Wat vind ik fijn? Wat vind ik leuk, of juist niet?
Ze genieten van klimmen, klauteren en rennen. De kinderen ontdekken de wereld via spel en beweging. Durft de ander meer, dan kan dat de drempel verlagen voor de ander. Ze leren bovendien sociale vaardigheden, die ze de rest van hun leven gaan gebruiken, maar ook taal en motoriek komt aan bod.
Het egocentrisme is bij een dreumes nog niet ontwikkeld. Het kindje ziet een bal en denkt bijvoorbeeld: “die wil ik!” Het kindje zal zich niet bewust zijn dat een ander kind de bal al vast heeft. Daar is hij nog te klein voor. Zonder verder na te denken, pakt het kind de bal uit de handen van het andere kind. Zodra kinderen hun eigen ‘ik’ herkennen, kijken ze naar de ‘ander’. Ze leren zich in te leven in anderen en leren het aangeven van hun eigen grenzen in een conflict.
In de beginjaren spelen kinderen nog veel alleen of naast elkaar. Het samen delen en spelen hoeft dan ook helemaal niet geoefend te worden. Gaandeweg leren ze dit aan. Als ouder kan je dit proces niet forceren. Een dreumes geniet van ‘kiekeboe-spelletjes’ maar kan kort daarna afgeleid zijn en met zijn auto verder spelen. Als ouder kan je niet alle situaties oefenen. Een volwassene wordt niet driftig als speelgoed afgepakt wordt. De beste leerschool is toch spelen met bijvoorbeeld leeftijdsgenootjes. Toch is het leuk om samenspel te stimuleren en ze te laten ervaren hoe fijn het is om iets te delen. Vanaf drie jaar gaat een kindje pas echt leren om te delen. Dan begrijpen ze vaak beter hoe je een conflict op kan lossen. Een vriendje of vriendinnetje/ neefje of nichtje thuis uitnodigen kan goed zijn voor samenspel, maar ook de nodige botsingen geven. Schrik daar vooral niet van, want het is heel normaal dat je kindje moet wennen dat iemand anders met zijn/haar speelgoed speelt. Een voordeel van je kindje op een kinderdagverblijf, is dat kinderen vaak een ruimere keuze hebben met wie ze willen spelen.
Als je kindje het zo lastig vindt om te delen zou je het boek ‘samen delen, samen spelen’ van de ‘mooiste vis in de zee’ (Marcus Pfister) eens voor kunnen lezen. Het verhaal geeft aan dat delen niet altijd makkelijk is, maar dat je er veel voor terugkrijgt. Je zou een terugkoppeling kunnen maken bij je peuter en kunnen vragen: “weet je nog van de vis?’
Geef soms de nodige sturing zodat succes-ervaringen kunnen ontstaan, maar laat ook conflicten gebeuren. Om de beurt een blokje op de toren zetten of een zwembadje vullen met twee emmers zijn voorbeelden van gegarandeerd plezier! En pakt een kindje nu toch twee emmers, dan weten ze vast samen wel een oplossing.